Srila Prabhupada – De institutionele goeroe


IRM

Terug naar Prabhupada, Editie 52, Zomer 2016

Wanneer men de functie van diksa goeroe probeert te begrijpen zonder  Srila Prabhupada als referentie te gebruiken en daarvan in de plaats het ongeautoriseerde GBC goeroe stelsel als referentie gebruikt, zal men automatisch tot een conclusie komen die niet is onderwezen door Srila Prabhupada. De citaten in de onderstaande gekleurde omkaderingen zijn afkomstig van een artikel van ZG Kripamoya Dasa ("KMD") met de titel  "Postmoderne perspectieven op de goeroe-discipel relatie" (6/4/16).

Het GBC goeroe stelsel heeft de afgelopen jaren vele problemen en schandalen gekend, waarin meer dan de helft van de goeroes ofwel “zijn gevallen” tot het niveau van zinsbevrediging, of zijn gecensureerd. Als gevolg daarvan hebben mensen weinig vertrouwen in het stelsel. Toen KMD derhalve het volgende schreef over het goeroe stelsel in ISKCON today:

"na initiatie dient de discipel de instructies van zijn goeroe te honoreren boven alle andere instructies"

werd hij als volgt uitgedaagd door een lezer van het artikel:

"En zodoende zit het individu vast in de institutionele hiërarchie binnen ISKCON."

Als reactie daarop antwoordde KMD:

"Het individu zit alleen ‘vast in de institutionele hiërarchie binnen ISKCON’ als hij of zij de goeroe onterecht ziet als een institutionele positie.”

Om ISKCON’s goeroe stelsel te verdedigen moet KMD beweren dat de goeroe in ISKCON geen “institutionele positie” is. Laten we echter kijken naar wat Srila Prabhupada zegt. Na ISKCON te hebben opgericht, maakte Srila Prabhupada de diksa goeroe een institutionele positie:

"Ja, ik ben de geestelijk leraar van dit instituut, en alle leden van de gemeenschap zijn mijn discipelen. Ze volgen de regels en regulaties en ze zijn leden van de gemeenschap. Het zijn mijn discipelen. Ze volgen de regels en regulaties zoals ik ze vraag te doen, en ze zijn geestelijk door me geïnitieerd.”

(Srila Prabhupada, Radio Interview, 12/3/68, accentueringen zijn toegevoegd)

Het enige voorbeeld afkomstig van Srila Prabhupada van een diksa goeroe in ISKCON is dan ook die van een institutionele goeroe. Daarom had men op het moment dat men zich aansloot bij ISKCON automatisch de keuze gemaakt voor alleen Srila Prabhupada als diksa goeroe, aangezien Srila Prabhupada de institutionele goeroe voor ISKCON was. Srila Prabhupada heeft nooit de opdracht gegeven dat het stelsel waarin hijzelf ISKCON’s institutionele diksa goeroe is, moet worden veranderd door hem te vervangen door andere institutionele of non-institutionele goeroes. De geschiedenis toont dat de leiders van ISKCON zijn betrokken in het tweeledig fabriceren:  

1)
Ten eerste beweerden ze na Srila Prabhupada’s heengaan dat Srila Prabhupada wilde dat hij werd vervangen door 11 institutionele goeroes, elk met een eigen-exclusief gebied voor wie ze de institutionele goeroe waren, ook wel bekend als het zonale acarya-stelsel.

2)
 Daarna, vanwege het falen van dit stelsel, beweerden ze dat Srila Prabhupada dit stelsel eigenlijk nooit wilde, en dat ze het een decennium lang fout hadden. Maar nu hadden ze het wel juist en wilde Srila Prabhupada eigenlijk vele dozijnen non-institutionele diksa goeroes.

Daarna bleek ook dit non-institutionele stelsel geheel fout te zijn, waarbij vele van die nieuwe goeroes ten prooi vielen aan schandalen en vervielen in grove zinsbevrediging. Dit zorgde ervoor dat KMD het volgende beweerde over dit goeroe stelsel:

"Het is echter een feit dat er herhaaldelijk, en met verschrikkelijke gevolgen, duidelijk wordt dat de combinatie van de geestelijke taak van een goeroe niet verenigbaar is met een krachtige tijdelijke organisatie.
(KMD, "Keeping Good Men Good", 21/9/07)

Het door het GBC verzonnen goeroe vervangingsstelsel was niet ‘verenigbaar’ met de ISKCON, maar dit gold dit niet voor het goeroe stelsel dat Srila Prabhupada ons gaf. Als ISKCON’s institutionele diksa goeroe was Srila Prabhupada’s positie perfect verenigbaar met ISKCON en was er geen probleem met het omgaan en reguleren van de “kracht” van ISKCON.

Derhalve kan er geconcludeerd worden dat Srila Prabhupada ons een verenigbaar institutioneel diksa goeroe stelsel gaf voor ISKCON. De GBC heeft ons een onverenigbaar non-institutioneel goeroe stelsel voor ISKCON gegeven. Eén was er geautoriseerd door Srila Prabhupada voor ISKCON en de andere niet. Eén werkte voor ISKCON en over de andere wordt toegegeven dat het “onverenigbaar” is. We dienen het institutionele goeroe stelsel te volgen dat is gegeven door Srila Prabhupada en niet het door de GBC verzonnen, onverenigbare goeroe vervangingsstelsel.  

 

Ga terug naar Kripamoya Dasa Index

Ga terug naar IRM Homepage

Chant alsjeblieft - Hare Krishna, Hare Krishna, Krishna, Krishna, Hare, Hare,
Hare Rama, Hare Rama, Rama, Rama, Hare, Hare - en wees gelukkig!